Rhenen van 1930 tot 1960

Na het welkomstwoord van Bartho Kobus wordt de jarige Kees van Walsum uit volle borst toegezongen. Altijd weer een heugelijke gebeurtenis.

Vervolgens komt Piet Hovestad aan het woord. Hij neemt ons mee in de periode 1930 tot 1960. Het wel en wee van de stad Rhenen en haar inwoners komt daarbij uitgebreid, en soms zeer gedetailleerd, aan bod. Te beginnen met de mobilisatie perikelen voorafgaande aan de tweede wereldoorlog, en de slag om de Grebbeberg. Onrust vanuit het buitenland noopte de regering voorzorgsmaatregelen te nemen. In en rond Rhenen worden zo’n 10000 militairen ingekwartierd bij 8000 inwoners. Geïnventariseerd werd welke middelen in geval van nood bruikbaar konden zijn. Om maar wat te noemen, paarden, auto’s, bussen, motoren, fietsen (nog geen elektrische) en schepen passeerden de revue. Maar ook de inzet van menskracht, politie, brandweer, alles om vooral goed voorbereid te zijn op moeilijke dagen. Uiteindelijk kwam het toch zover dat de inwoners van Rhenen moesten worden geëvacueerd in verband met het dreigende Duitse gevaar. Met grote aantallen schepen, getrokken door sleepboten, werden rond de 4000 inwoners van Rhenen vervoerd naar Krimpenerwaard en omgeving. In tegenstelling tot waarvoor was betaald, waren de meeste schepen nog vuil van de kolen. De opvarenden kwamen zwart als roet aan op de plaats van bestemming. Ter plekke moesten al deze mensen worden ondergebracht bij particulieren, terwijl op de achtergrond Rotterdam werd gebombardeerd door de Duitsers. Bij de terugkeer in Rhenen korte tijd later, op wat comfortabeler schepen vervoerd ( de opa van Piet Hovestad was een van de kapiteins), bleek vrijwel de gehele binnenstad van Rhenen ook platgebombardeerd. De Cuneratoren stond evenwel nog recht overeind, aangezien de Duitsers deze toren als richtpunt gebruikten bij de beschieting vanuit Wageningen.

De aanwezige burgemeester van Rhenen werd vervangen door een vijandgezinde persoon. Lijsten werden opgesteld van Joodse inwoners die moesten worden gedeporteerd. Hierbij werden grote fouten gemaakt, kortom de lijsten waren op zich al verwerpelijk, maar ook nog eens veel te lang, aldus bleek uit onderzoek gedaan door Piet Hovestad voor deze presentatie. Achteraf werd nog een poging gedaan de fout te herstellen, maar het leed was al aangericht. Het door Piet gepresenteerde verhaal werd gelardeerd met filmbeelden van personen en nazaten die al deze ingrijpende gebeurtenissen hebben meegemaakt. Onder andere kwam aan bod het verhaal van Jan Bontan rond de evacuatie in 1944 naar Doorn en Driebergen, maar ook over personen die in het spergebied, tijdens de hongerwinter huisraad ophaalden uit het bedreigde Rhenen. De rol van inwoners van Rhenen die lid bleken van de NSB, bleef ook niet buiten beschouwing. Een van hen, afkomstig uit Elst, werd door het verzet doodgeschoten en begraven in de Kaapse bossen. Er wordt tot op heden nog naar de begraafplek gezocht. Honderden personen, niet alleen leden van de NSB, werden na de oorlog ook nog doorgelicht op hun mogelijke samenwerking met de bezetter.  Opmerkelijk genoeg bleken deze aantallen in Doorn relatief groter dan in Rhenen. Tot slot werd ook nog aandacht besteed aan de opvang van Nederlanders, die bij de onafhankelijkheidsoorlog van, toen nog Nederlands Indië, op de vlucht waren van hun moederland naar het vaderland. Zij werden deels tijdelijk gehuisvest in de plaatselijke Horeca bedrijven.

Opnieuw beleefden de leden van de Sociëteit deze ochtend een boeiende bijeenkomst, op onnavolgbare wijze gepresenteerd door Piet Hovestad. De door hem bovendien geleverde traktatie bij de koffie , werd hogelijk gewaardeerd.